contractuele vergoeding bij beëindiging arbeidsovereenkomst topfunctionaris

Discussie gestart door NeveNeve .
Begonnen op . Geplaatst in categorie: Ontslag.
Geachte,

Sinds 1 juli 2021 is de positie van de bestuurder van de Stichting aangepast in die zin dat deze de voorheen bestaande ontslagbescherming als werknemer is verloren. Dit betekent dat het besluit van de Raad van Toezicht tot ontslag als statutair bestuurder automatisch ook het ontslag als werknemer inhoudt (de vennootschapsrechtelijk en arbeidsrechtelijk band worden sinds 1 juli 2021 gelijktijdig doorgesneden). Hiervoor is geen voorafgaande toestemming van het UWV of de kantonrechter meer noodzakelijk.. 
Een manager is benaderd om de functie van statutair bestuurder te gaan vervullen. Indien de manager op dit aanbod ingaat, kwalificeert hij als topfunctionaris, alsmede verliest hij de ontslagbescherming die hem als manager wel toekomt. Dit maakt dat de manager heeft aangegeven dat hij voor dit aanbod wel openstaat, maar wel graag in de arbeidsovereenkomst voor de statutair bestuurder een contractuele ontslagvergoeding wenst op te laten nemen. 

Mijn vragen:
1. de contractuele ontslagvergoeding wordt naar ik aanneem eveneens genormeerd door de gemaximeerde vergoeding bij ontslag uit artikel 2.10 WNT. Klopt dit?
2. betekent dat dat indien de contractuele vergoeding blijft binnen de grenzen van de gemaximeerde vergoeding uit artikel 2.10 WNT deze is toegestaan?
3. Is het daarbij voldoende dat de Raad van toezicht een ontslagbesluit neemt waarmee automatisch ook de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd, of is de aanspraak op de contractuele vergoeding uitsluitend conform de WNT indien de arbeidsovereenkomst na het besluit tot ontslag als statutair bestuurder via een vaststellingsovereenkomst verloopt?
4. indien wegens een onverenigbaarheid van karakters de bestuurder zelf besluit zijn positie als statutair bestuurder te beëindigen, is een aanspraak op de contractuele vergoeding dan nog altijd toelaatbaar binnen de WNT, uiteraard indien die beneden het maximum ligt van de ontslagvergoeding? 
5. is het voor de toelaatbaarheid van een ontslagvergoeding in de zin van artikel 2.10 WNT hoegenaamd relevant of het initiatief voor de beëindiging van de arbeidsovereenkomst van de werknemer (topfunctionaris) afkomstig is?

Ik verneem graag uw reactie. 

Reacties

  • De reactie van HelpdeskWNTHelpdeskWNT .
    Lid van de Redactie Min. BZKArray Reactie geschreven op .

    Alvorens antwoord te geven op uw vragen, willen wij in algemene zin benadrukken dat de WNT geen verbod inhoudt op uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband. De WNT maximeert de uitkering(en) wegens beëindiging van het dienstverband die partijen mogen overeenkomen. Onder omstandigheden en voorwaarden kan een uitkering wegens beëindiging van het dienstverband zijn uitgezonderd van de normering op grond van de WNT.

    Antwoord op vraag 1

    Ja. Volgens artikel 4, eerste lid, onder a, Uitvoeringsregeling WNT wordt tot de uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband in de zin van de wet in ieder geval gerekend de tussen partijen of de tussen de werkgever en de functionaris overeengekomen vergoeding wegens beëindiging van het dienstverband. Daaronder valt bijvoorbeeld de in de arbeidsovereenkomst overeengekomen ontslagvergoeding. De uitzondering van artikel 4, tweede lid, Uitvoeringsregeling WNT is niet van toepassing, voor zover het om een in de arbeidsovereenkomst, derhalve individueel, overeengekomen ontslagvergoeding gaat en niet om een uitkering wegens beëindiging van het dienstverband die rechtstreeks, dwingend en eenduidig voortvloeit uit een algemene bepaling van een collectieve arbeidsovereenkomst of van een van toepassing zijnde collectieve regeling die is overeengekomen met verenigingen van werknemers of ambtenaren die bevoegd zijn afspraken te maken over arbeidsvoorwaarden, of uit een wettelijk voorschrift.

    Antwoord op vraag 2

    Ja, dat is in beginsel correct. Volledigheidshalve merken wij nog wel op dat het maximum van artikel 2.10, eerste lid, WNT voor alle met betrokkene overeengekomen uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband tezamen geldt. Bijvoorbeeld: de op grond van artikel 2.10, derde lid, WNT in combinatie met artikel 10 Beleidsregels WNT 2022 als uitkering wegens beëindiging van het dienstverband aan te merken bezoldiging over een periode waarin de topfunctionaris vooruitlopend op de beëindiging van het dienstverband geen taken meer vervult.

    Antwoord op vragen 3, 4 en 5

    Omdat de WNT geen verbod inhoudt op uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband, maakt het voor de toelaatbaarheid van een in de arbeidsovereenkomst overeengekomen ontslagvergoeding op zich niet uit of het besluit tot dan wel het initiatief voor de beëindiging van het dienstverband van de werkgever of de werknemer uitgaat of is uitgegaan. De in de arbeidsovereenkomst overeengekomen ontslagvergoeding wordt in beide gevallen genormeerd door de WNT op grond van artikel 2.10 WNT.
Deze discussie is gesloten.