Het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum dat
berekend is voor de topfunctionaris die zijn functie in de loop van het jaar
beëindigt, is doorslaggevend. Bij een dienstverband met een kortere duur dan
een kalenderjaar, wordt de maximale bezoldiging daarop aangepast (zie artikel
2.1, derde lid, WNT). Het naar rato uitbetaalde vakantiegeld en de naar rato
uitbetaalde eindejaarsuitkering behoren tot de bezoldiging in de zin van de WNT
(zie artikel 2, eerste lid, onderdelen b en c, Uitvoeringsregeling WNT). Indien
de ontvangen bezoldiging boven het individueel toepasselijke
bezoldigingsmaximum uit komt, dient het verschil als onverschuldigd betaald te
worden terugbetaald aan de WNT-instelling (artikel 1.6, eerste lid, WNT). De
situatie die zou zijn ontstaan bij het voortzetten van de dienstbetrekking tot
het einde van het jaar is niet relevant en kunnen wij ook niet beoordelen.
Relevante links:
https://www.topinkomens.nl/vraag-antwoord/vraag-en-antwoord/hoe-wordt-het-individueel-toepasselijk-bezoldigingsmaximum-bepaaldDe Helpdesk WNT ondersteunt deze aanvulling op het antwoord.
Op grond
van artikel 3, tweede lid, Uitvoeringsregeling WNT kan bezoldiging die betrekking
heeft op een eerder kalenderjaar dan het kalenderjaar waarin het in de
salarisadministratie is verwerkt, aan dat eerdere kalenderjaar worden
toegerekend voor de toets aan het bezoldigingsmaximum.