In de Uitvoeringsregeling WNT 25-10-2019 wordt o.a. bij 2.2 een verduidelijking gegeven van het begrip totale bezoldiging m.b.t. Topfunctionarissen.
Vraag:
Is het noodzakelijk om in jaarrekening van b.v. een Stichting, m.b.t. de Topfunctionarissen (zonder dienstverband met deze stichting), om alle nevenfuncties te vermelden plus hun bezoldiging (indien bij andere WNT-instellingen)? Ook indien deze andere WNT-instellingen niet gelieerd zijn aan de stichting die de jaarrekening opgesteld?
Het klopt dat WNT-instellingen de totale
bezoldiging van hun topfunctionaris (met of zonder dienstbetrekking) moeten
verantwoorden, inclusief de
bezoldiging van deze topfunctionaris bij andere WNT-instellingen (o.g.v. de
zogenoemde anticumulatiebepaling van artikel 1.6a WNT) en/of bij een of meer
gelieerde rechtspersonen van de WNT-instelling (o.g.v. artikel 2.1, vijfde lid,
WNT). Ook moet de bezoldiging van de topfunctionaris voor het uitvoeren van
nevenwerkzaamheden als niet-topfunctionaris bij de WNT-instelling worden
verantwoord door die WNT-instelling, als onderdeel van de totale bezoldiging
van die topfunctionaris. Bij de wijziging van de Uitvoeringsregeling WNT per 1
januari 2020 (Stcrt. 2019, 59382) is deze openbaarmakingsplicht uitgebreid naar
de situatie waarin de bezoldiging van de topfunctionaris bij de WNT-instelling
zelf minder dan €1.700 bedraagt, maar de totale
bezoldiging van de topfunctionaris boven dat bedrag uitkomt. De wetgever heeft
hiermee een vergroting van de transparantie ten aanzien van de bezoldiging
willen bereiken.