Ja, dat is de hoofdregel
van de WNT met betrekking tot topfunctionarissen zonder dienstbetrekking. Indien
een topfunctionaris zonder dienstbetrekking werkzaam is bij meerdere
WNT-instellingen, dan dient er per WNT-instelling een beoordeling te worden
gemaakt.
Ter verduidelijking nog dit: de WNT-instelling verantwoordt gedurende de eerste
twaalf kalendermaanden van de functievervulling zonder dienstbetrekking de
maximale bezoldiging (en de eventuele overschrijding daarvan) op grond van de
interim-normering (artikel 2.1, vierde lid, derde volzin, WNT in combinatie met
artikel 4, eerste en tweede lid, Uitvoeringsbesluit WNT. De WNT verantwoordt
vanaf de dertiende kalendermaand van de functievervulling zonder
dienstbetrekking de bezoldiging (en de eventuele overschrijding daarvan) op
basis van het individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum. Zie voor meer
informatie deze Q&A's op topinkomens.nl: Wat is het bezoldigingsmaximum voor een
topfunctionaris zonder dienstbetrekking? (vanaf 2016) | Topinkomens (eerste twaalf kalendermaanden van de
functievervulling), en (vanaf de dertiende maand van de functievervulling): Hoe bereken je na twaalf kalendermaanden
het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum voor een topfunctionaris
zonder dienstbetrekking? (vanaf 2016) | Topinkomens in combinatie met Hoe wordt het individueel toepasselijk
bezoldigingsmaximum bepaald? | Topinkomens.
Deze Q&A geldt inderdaad ook voor topfunctionarissen zonder dienstbetrekking. Artikel 2.1, vijfde lid, eerste volzin, WNT geldt met andere woorden ook voor topfunctionarissen die hun functie anders dan op grond van dienstbetrekking vervullen bij de WNT-instelling en die daarnaast een dienstverband hebben met of werkzaamheden verrichten bij een aan die WNT-instelling gelieerde rechtspersoon (die zelf geen WNT-instelling is).
Deze Q&A betreft echter niet de door u in uw vervolgvraag beschreven situatie van gelijktijdige vervulling door dezelfde persoon van functies als topfunctionaris bij twee of meer WNT-instellingen. Die situatie is niet geregeld in artikel 2.1, vijfde lid, eerste volzin, WNT maar in artikel 1.6a WNT (anticumulatiebepaling). Artikel 1.6a WNT is echter alleen van toepassing op leidinggevende topfunctionarissen mét dienstbetrekking bij twee of meer WNT-instellingen en dus niet op topfunctionarissen (leidinggevend of niet-leidinggevend) zónder dienstbetrekking. Zie deze Q&A op topinkomens.nl: Moet met ingang van 1 januari 2018 voor toetsing van de bezoldiging van een topfunctionaris aan het bezoldigingsmaximum de bezoldiging uit de functie als topfunctionaris bij de andere WNT-instellingen worden opgeteld (anticumulatiebepaling)? | Topinkomens.
Dit betekent dat de bezoldiging van een functionaris die bij twee of meer WNT-instellingen gelijktijdig een functie als topfunctionaris zonder dienstbetrekking vervult per WNT-instelling afzonderlijk moet worden getoetst aan het bij die instelling geldende individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum én per WNT-instelling afzonderlijk moet worden verantwoord (met toepassing van hetzij tabel 1.a, hetzij tabel 1.b van het Verantwoordingsmodel WNT 2024 door elke WNT-instelling afzonderlijk).