Wij wensen het volgende over de wetstoepassing voor te leggen. In artikel 2 lid 2 Uitvoeringsregeling WNT wordt een opsomming gegeven van componenten die in ieder geval niet tot de bezoldiging worden gerekend. Wij hebben hierover 2 vragen:
1. Betreft deze opsomming een limitatieve lijst met componenten?
2. Indien nee, de vervolgvraag: In artikel 2 lid 2 onder d Uitvoeringsregeling WNT wordt een koppeling gemaakt met artikel 11 lid 1 onder o Wet op de Loonbelasting, de diensttijdvrijstelling. Kunt u aangeven of de vrijstelling voor de eenmalige uitkering ter overlijden van de werknemer of zijn partner ter hoogte van drie maandlonen zoals bedoeld in artikel 11 lid 1 onder m Wet op de Loonbelasting ook onder de opsomming van uitgezonderde bezoldigingscomponenten valt?
Uw vragen omtrent de uitleg van het bezoldigingsbegrip in artikel 2, tweede lid, Uitvoeringsregeling WNT kunnen wij als volgt beantwoorden.
In het eerstgenoemde geval is de WNT niet van toepassing aangezien er geen sprake is van bezoldiging uit hoofde van een dienstbetrekking van een topfunctionaris in de zin van de WNT.
In het
als tweede genoemde geval is de WNT in beginsel wel van toepassing, voor zover
er sprake is van een topfunctionaris als bedoeld in de WNT. Echter, overlijdensuitkeringen
die aan nabestaanden van topfunctionarissen worden uitbetaald na het overlijden
van een topfunctionaris, vallen naar inhoud, aard en strekking buiten het
wettelijke bezoldigingsbegrip van de WNT voor zover het gaat om het
onbelaste deel van dergelijke uitkeringen. Dit ook, al is deze
overlijdensuitkering niet expliciet uitgezonderd in artikel 2, tweede lid,
Uitvoeringsregeling WNT. In het wettelijk bezoldigingsbegrip van de WNT zijn
onbelaste vergoedingen en verstrekkingen in de regel uitgezonderd, dus dat geldt
in beginsel ook voor de onbelaste overlijdensuitkeringen. Het meerdere van de
overlijdensuitkering vormt wél belastbaar loon en daarmee dus bezoldiging. Dit houdt dus in dat, voor
zover er feitelijk meer wordt betaald aan de nabestaanden dan het onbelaste
deel, het meerdere wel bezoldiging voor de WNT vormt, en dan kan dat meerdere
niet aan de nabestaanden worden uitbetaald voor zover dat tot overschrijding
van het voor de topfunctionaris geldende bezoldigingsmaximum zou leiden. Dit,
om te voorkomen dat er, om de WNT-norm te omzeilen of te ontwijken, afspraken
worden gemaakt over riantere overlijdensuitkeringen aan nabestaanden. In
cao-bepalingen komt het voor zover bekend niet of nauwelijks voor dat
overlijdensuitkeringen meer bedragen dan wat onbelast is op grond van artikel
11, eerste lid, onderdeel m, Wet op de loonbelasting 1964, maar individuele
afspraken zouden in theorie wel hogere overlijdensuitkeringen kunnen inhouden.