Dubbele gemeentesecretaris / 1,11 FTE
Discussie gestart door
Rosalie .
Door uitval wegens ziekte is er sprake van een gemeentesecretaris en een waarnemend gemeentesecretaris. In de eerste periode is er geen sprake geweest van een officieel benoemingsbesluit, daarom kwalificeerde de loco-gemeentesecretaris niet als topfunctionaris. Toen bekend werd dat de gemeentesecretaris niet in zijn rol zou terugkregen (reïntegratieverplichting elders) is een nieuwe gemeentesecretaris aangesteld per 1 juni voor 40 uur. De voormalig gemeentesecretaris is per 1 februari ontheven van werkzaamheden en treedt per 1 september uit dienst.
- Hoe gaan wij om met het bepalen van de WNT bedragen en het aanmerken van de topfunctionarissen voor de periode van de vertrekkende gemeentesecretaris per 1 september 2024 en de benoeming van de nieuwe gemeentesecretaris/algemeen directeur per 1 juni 2024.
- De nieuwe gemeentesecretaris is aangesteld voor 40 uur per week (dit wordt ook als zodanig verloond). Klopt de redenatie dat een topfunctionaris niet meer dan 1,0 FTE in dienst kan zijn en dat daardoor de deeltijdfactor 1,0 moet worden verantwoord?
Deze discussie is gesloten.
Reacties
Op uw vragen kan de HelpdeskWNT van het ministerie van BZK bij wijze van algemene wetsuitleg als volgt antwoorden:
Ad 1. De voormalige gemeentesecretaris moet wat kalenderjaar 2024 betreft tot aan de datum van beëindiging van het dienstverband worden verantwoord voor de WNT. Wat in dit geval geldt als datum van beëindiging van het dienstverband zal afhangen van de vraag of en, zo ja, in hoeverre op deze topfunctionaris hetzij artikel 2.10, derde lid, WNT in combinatie met artikel 10, eerste of tweede lid, Beleidsregels WNT 2024, hetzij artikel 2.10, vierde lid, WNT van toepassing is. Zie voor meer informatie deze Q&A’s op topinkomens.nl: Hoe wordt het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum berekend indien de topfunctionaris zijn functie in de loop van het jaar aanvangt dan wel in de loop van het jaar beëindigt? | Topinkomens, Wordt doorbetaling van bezoldiging gedurende de opzegtermijn voorafgaand aan beëindiging van het dienstverband van een topfunctionaris aangemerkt als ontslagvergoeding? | Topinkomens, Is het opnemen van vakantiedagen voorafgaand aan het einde van het dienstverband aan te merken als verboden non-activiteit in de zin van de WNT? | Topinkomens en Valt non-activiteit gedurende een bemiddelingsfase onder de normering van de uitkering wegens beëindiging van het dienstverband? | Topinkomens.
De nieuwe gemeentesecretaris moet vanaf de datum van aanvang van het dienstverband worden verantwoord voor de WNT. Zijn of haar individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum voor het kalenderjaar 2024 moet op grond van artikel 2.1, derde lid, WNT worden gecorrigeerd voor de kortere duur van het dienstverband. Zie voor meer informatie deze Q&A’s op topinkomens.nl: Hoe wordt het individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum bepaald? | Topinkomens en Hoe wordt het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum berekend indien de topfunctionaris zijn functie in de loop van het jaar aanvangt dan wel in de loop van het jaar beëindigt? | Topinkomens.
Het feit dat er in de periode 1 juni tot (mogelijk) 1 september 2024 sprake is van twee functionarissen van de gemeente die als topfunctionaris moeten worden verantwoord, is voor de WNT geen beletsel. Die situatie is vergelijkbaar met de situatie van een waarnemend gemeentesecretaris die voor de WNT kwalificeert als topfunctionaris van de gemeente terwijl er tegelijkertijd ook nog sprake is van een dienstverband met de oorspronkelijke gemeentesecretaris. Zie voor meer informatie deze Q&A op topinkomens.nl: Wordt bij waarneming van de functie van een topfunctionaris bij gemeenten of provincies de waarnemend functionaris als topfunctionaris aangemerkt? | Topinkomens.
Ad 2. Voor de bepaling wat als voltijds dienstverband heeft te gelden (ofwel in hoeveel arbeidsuren per week 1 fte dient te worden uitgedrukt), moet worden uitgegaan van wat bij de betreffende WNT-instelling geldt als gebruikelijk, regulier voltijds dienstverband (bijv. 36, 38 of 40 arbeidsuren per week). Bij de gemeenten is dat (op basis van artikel 5.1, eerste lid, van de CAO Gemeenten 2024-2025) een werkweek van 36 uur. Voor de nieuwe gemeentesecretaris zou, uitgaande van 40 (verloonde) arbeidsuren per week, sprake zijn van een deeltijdfactor van groter dan 1. Uit artikel 7, tweede lid, Beleidsregels WNT 2024 volgt dat bij een deeltijdfactor van meer dan 1 fte de omvang van het dienstverband voor de berekening van het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum op 1 fte wordt gesteld, ook als er feitelijk meer wordt gewerkt dan de totale werktijd van een fulltime functionaris. Betrokkene kan wel voor meer dan 1 fte feitelijk werkzaam zijn, maar zijn of haar individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum moet (voor wat de omvang van het dienstverband als bedoeld in artikel 2.1, tweede lid, WNT betreft) gebaseerd zijn op (maximaal) 1 fte. Zie voor meer informatie deze Q&A’s op topinkomens.nl: Hoe wordt het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum berekend bij een dienstverband in deeltijd? | Topinkomens, Hoe wordt de deeltijdfactor voor een topfunctionaris in dienstbetrekking bepaald? | Topinkomens en Mag een topfunctionaris meer verdienen dan het bezoldigingsmaximum als deze feitelijk meer werkt dan het voltijds dienstverband? | Topinkomens.
N.B. dit antwoord is gebaseerd op de informatie in de vraagstelling. Als die informatie onvolledig of onjuist is of blijkt te zijn, klopt het antwoord waarschijnlijk niet (meer) en kan de WNT-instelling zich in voorkomend geval niet daarop beroepen tegenover de WNT-toezichthouder. Het antwoord is met nadruk niet bedoeld als casusbeoordeling en ook niet als invulinstructie voor de WNT-verantwoording van de betreffende WNT-instelling.