Ontslag bestuurder

Discussie gestart door EVOEVO .
Begonnen op . 6 mei aangepast Geplaatst in categorie: Ontslag.
Goedemiddag,

Bij client is een bestuurder vanaf 31-08-2024 vrijgesteld van werk en derhalve niet meer werkzaam in de rol van directeur-bestuurder (dus geen topfunctionaris meer). Formeel eindigt het dienstverband op 31-10-2024. De laatste 2 maanden behoeven dus niet te worden opgenomen in het WNT verantwoordingsmodel, aangezien persoon dan geen topfunctionaris meer is volgens de WNT. Klopt dat?

De vergoeding wegens beëindiging van het dienstverband dient nog wel te worden opgenomen in het WNT verantwoordingsmodel in de jaarrekening. Daar worden dan niet bovenstaande 2 maanden in opgenomen. 

Is onze zienswijze juist?

Reacties

  • De reactie van HelpdeskWNTHelpdeskWNT .
    Lid van de Redactie Min. BZKArray Reactie geschreven op .

    De HelpdeskWNT van het ministerie van BZK geeft geen casusbeoordeling af en geeft ook geen antwoord op vragen over concrete casus. Wij geven uitsluitend algemene wetsuitleg.

    In artikel 2.10, derde lid, WNT is het volgende bepaald: voor de toepassing van deze wet wordt bezoldiging over een periode waarin de topfunctionaris vooruitlopend op de beëindiging van het dienstverband geen taken meer vervult, aangemerkt als uitkering wegens beëindiging van het dienstverband en wordt de datum waarop de topfunctionaris de uitoefening van zijn taken beëindigt aangemerkt als datum waarop het dienstverband is geëindigd. Het laatste betekent dat als het derde lid van toepassing is én bijvoorbeeld 31 augustus 2024 daadwerkelijk de laatste dag is waarop de topfunctionaris diens werkzaamheden nog verricht of heeft verricht, die datum voor de WNT geldt als de datum waarop het dienstverband als topfunctionaris is (of, beter gezegd, wordt geacht te zijn) geëindigd.

    De bezoldiging over de periode waarin de topfunctionaris diens werkzaamheden niet meer heeft verricht, telt op grond van artikel 2.10, derde lid, WNT mee bij de uitkering wegens beëindiging van het dienst­verband voor de toets aan het maximum van artikel 2.10, eerste lid, WNT en moet dus worden verantwoord (in Tabel 2 van het Verantwoordingsmodel WNT 2024, voor zover dat model wordt gebruikt).

    Op de regel van artikel 2.10, derde lid, WNT gelden enkele uitzonderingen die zijn gebundeld in artikel 10 Beleidsregels WNT 2025. Als een van deze uitzonderingen van toepassing is, blijft de bezoldiging in een periode van non-activiteit – vooruitlopend op de beëindiging van het dienstverband - aangemerkt als bezoldiging. Het dienstverband eindigt voor de WNT dan op de formele datum van de beëindiging en niet op de laatste dag dat nog werkzaamheden werden verricht.

    U zult zelf moeten beoordelen of en, zo ja, in hoeverre artikel 2.10, derde lid, WNT van toepassing is op het voorliggende geval. Daar kunnen wij geen uitspraken over doen.
Deze discussie is gesloten.